In verschillende artikelen hebben we in het verleden melding gemaakt van de verandering in criteria die het Hooggerechtshof aanneemt met betrekking tot het recht van dezen die een situatie van voorlopige hechtenis hebben moeten ondergaan, vergoedt te worden in gevalen men onschuldig is verklaard of deze gevallen van buitenvervolgingsstelling, zijnde bij niet voldoende bewijzen of andere redenen.
We hebben reeds weergegeven dat ten opzichte van het voorgaande criterium er nu in het Hooggerechtshof met betrekking tot het recht van vergoeding, het Hof van Justitie nadien de geldigheid had verklaard van deze rechtsspraak en vandaar dat we vaststellen dat hiervoor een belangrijke hoeveelheid van aanklachten worden ingediend.
Nu, volgens hetgeen we hebben kunnen lezen, voorziet de Adminsitratie van het Gerecht een stroom van aanklachten en het is daarvoor dat men een criteria voorziet waarmee men antwoord op de vele aanklachten die er gaan voorvallen.
Men dient ten eerste rekening te houden met de eigenlijke uitspraak van TC waarin is vastgelegd wie er kan aanklagen, zijnde dezen die zich bevinden in een administratief proces of strafrechterlijk welk nog niet definitief is, en ook de nieuwe gevallen.
Ten tweede, via de administratieve weg, dient er niet vergeten te worden dat bij eender welke aanklacht met betrekking tot schades, eerstelijk dient aangeklaagd te worden via de administratieve weg, of de weg die het beroep moet volgen, geëist door de overheidsinstantie waarbij dient aangetoond te worden dat er een schade was, en men gaat dit geval per geval bekijken.
Men gaat geen rekening houden met de persoonlijke omstandigheden van elk geval en ook niet met de verschillende economische mogelijkheden van elkeen maar men meet iedereen met dezelfde maat.
Ten derde en dit in het geval dat de staat of overheidsinstantie beschouwt dat er een schadevergoeding dient te zijn, gaat men rekening houden met de factoren die is vastgelegd in de uitspraak van de TC zijnde het nationaal Minimumsalaris, welke de indicator is (Indicador Público de Renta de Efectos Múltiples ) en barema´s van vergoeding wettelijk voorzien zijn in de richtlijnen voor verkeersongevallen.
Volgens studies hieromtrent, kan de toepassing van deze drie factoren komen op een dagelijkse vergoeding van gemiddeld tussen 17 en 52 euros.
Wat duidelijk is, is dat de overheidsinstantie niet gaat ingaan op subjectieve situaties, men gaat niet ter discussie stellen de belangrijkheid of minder belangrijkheid van schade maar wel het doel is dat het maximale is bekomen ter vergoeding van de te vergoeden factuur.
Via deze weg, de personen die hiermee niet tevreden zijn, dienen zich te richten tot de juridiche weg door middel van een onderhavig administratiefrechterlijk beroep en daar zal de Rechter wel elk geval apart bekijken en de werkelijke schades die er zijn voorgevallen zullen onderwerp zijn van een onderzoek en kunnen aangeklaagd worden.
Er mag uiteindelijk niet vergeten worden dat de Administratie in geval dat een persoon gevangen zit om andere reden, kunnen de dagen van gevangenschap vergoedt worden en dit voordeel en recht tot vergoeden van schade kan niet toegepast worden op dezen welke te lijden hebben gehad met een situatie van voorlopige hechtenis als gevolg van zijn opstandige houding bij het gehoor geven aan verzoeken van de rechtbank.